Landenweb.nl

URUGUAY
Geschiedenis

To read about URUGUAY in English - click here

Rondreis Uruguay

Steden URUGUAY

Montevideo

Geschiedenis

Eerste bewoners

advertentie

Monument voor de Charrua, de eerste bewoners van UruguayPhoto: Maximasu CC 3.0 Unported no changes made

Archeologische vondsten van de eerste bewoners wijzen uit dat er al 8.000 jaar geleden mensen woonden in dit gebied. De allereerste inwoners van Uruguay waren o.a. de Charrúa, een volk van jagers, vissers en verzamelaars. Ze waren zeer vijandig tegenover de Spaanse ontdekkingsreizigers en conquistadores. Zij overleefden de Spaanse overheersing tot in de 19e eeuw en speelden zelfs een belangrijke rol bij de strijd om de onafhankelijkheid.

Andere stammen die ten tijde van de Spanjaarden hier leefden waren de Chaná en de Guaraní. Zij waren echter snel verdwenen toen de Spanjaarden het land koloniseerden. Men vermoedt dat er rond 1500, ten tijde van het eerste contact met de Europeanen ongeveer 9000 Charrúa en 6000 Chaná en Guaraní in Uruguay leefden.

Er waren drie belangrijke redenen waarom de indiaanse bevolking verdwenen is uit Uruguay: moordpartijen, samengaan met de Spaanse bezetters en als belangrijkste de ziektes die de Spanjaarden vanuit Europa meenamen als pokken, tuberculose en griep. In 1840 leefden er nog maar 18 Charrúa in Uruguay.

Spaanse overheersing

Al in 1502 ontdekten de Spanjaarden de Río del Plata maar onderzochten het gebied niet verder. Een van de eerste die het gebied wel onderzocht was de Spanjaard Juan Diaz de Solís die in 1516 samen met de meeste van zijn manschappen vermoord werd door de indianen. Omdat er verder ook geen goud of andere kostbare mineralen aangetroffen werden, duurde het tot de 17e eeuw voordat de Spanjaarden Uruguay koloniseerden.

advertentie

Charrua's bij de Rio de la Plata, UruguayPhoto: Publiek domein

In de 17e eeuw hadden de Charrúa ondertussen paarden overgenomen van de Spanjaarden en hielden daarmee grote kuddes wilde runderen waarmee zelfs gehandeld werd. Op dit moment bestaan de Charrúa niet meer als stam, en leven er alleen nog een aantal mestiezen in het binnenland langs de Braziliaanse grens. De eerste Europeanen die zich vestigden in de Banda Oriental, zoals Uruguay genoemd werd tijdens de koloniale periode, waren jezuïtische missionarissen. Dit was in de buurt van het huidige Sorianoac de Río Uruguay. In 1680 stichtten de Portugezen Nova Colõnia do Sacramento, tegenover Buenos Aires in Argentinië. Tussen deze twee plaatsen in ligt de Río de la Plata. Colõnia werd al snel een smokkelaarsnest en daardoor een direct gevaar voor de Spanjaarden. Als reactie hierop bouwden de Spanjaarden een eigen fort waar later de hoofdstad Montevideo zou ontstaan. De rivaliteit tussen Spanje en Portugal zou uiteindelijk wel leiden tot de onafhankelijkheid van Uruguay.

advertentie

José Gervasio ArtigasPhoto: Publiek domein

José Gervasio Artigas, Uruguay’s grootste nationale held, ging samenwerken metde “United Provinces of the River Plata” tegen Spanje. De Portugezen, die door de Spaanse bevelhebber te hulp waren geroepen, verdreven Artigas naar Paraguay. Hierna werd Uruguay bezet door Brazilë en ingelijfd als een provincie van Brazilië. De Brazilianen noemden Uruguay toen de Cisplatine Provincie. Gervasio Artigas werd verdreven naar Paraguay, waar hij de “33 Orientals” onder leiding van generaal Juan Lavalleja inspireerde en met behulp van Argentinië trachtte Banda Oriental te bevrijden van de Brazilianen.

Uruguay onafhankelijk!

advertentie

Uitrorprn van de grondwet in 1830, UruguayPhoto: Publiek domein

Op 4 oktober 1828, na drie jaren van strijd, werd Uruguay een onafhankelijke staat na een door Groot-Brittannië geregisseerde vredesovereenkomst; in 1830 werd deze overeenkomst grondwettelijk bekrachtigd. De bedoeling van de Britten was om Uruguay te gebruiken als een soort buffer tussen de grootmachten Argentinië en Brazilië. Gedurende de gehele 19e eeuw werd Uruguay’s onafhankelijkheid militair bedreigd door Argentinië en Brazilië, en economisch door de Britten. Zo werd de hoofdstad Montevideo tussen 1838 en 1851 belegerd door federalistische troepen (Guerra Grande), aangemoedigd en geholpen door de Argentijnse dictator Rosas. De periode tussen 1830 en 1903 was er een van grote onrust in Uruguay. Zo telde Uruguay tussen 1870 en 1903 25 verschillende presidenten. Hiervan werden er negen gedwongen af te treden, twee werden er vermoord, een raakte zwaar gewond, tien overleefden een of meerdere revoluties en maar drie presidenten kenden geen problemen. In deze periode ontstonden ook de beide groeperingen die later zo’n grote invloed op het politieke leven in Uruguay zouden krijgen, de blanco’s en de colorado’s. Ze werden zo genoemd vanwege de kleur van de haarband die ze droegen om zich van elkaar te onderscheiden.

Na de onafhankelijkheid van Uruguay raakte Groot-Brittannië steeds meer geïnteresseerd in het land. Groot-Brittannië was al lang een belangrijke markt voor huiden en deze expandeerde nog eens door de introductie van het merinoschaap. Verder opende de Liebig Meat Extract Company of London een vleesfabriek in Fray Bentos in 1864. In 1868 startte een bedrijf met de aanleg van een spoorweg van Montevideo naar het binnenland. Later die eeuw werden de inheemse rundveesoorten vervangen door Hereford- en Shorthorn-runderen. Deze vercommercialisering van de vleesindustrie en de veeteelt betekende wel het einde van de romantiek rond de “gaucho”, de Zuid-Amerikaanse cowboy. Zij kwamen nu te werken voor de grootgrondbezitters (latifundios) net als elders in Zuid-Amerika. Deze verandering leverde wel een grote bijdrage aan de ontwikkeling van de welvaart in Uruguay.

Vanaf 1865 nam Uruguay samen met Brazilië en Argentinië deel aan de oorlog tegen Paraguay (Oorlog van de Drievoudige Alliantie), die een bedreiging vormde voor de onafhankelijkheid van Uruguay. Paraguay verloor deze oorlog in 1870 ten koste van zeer vele doden.

Sociale hervormingen en welvaart

José Batlle y Ordóñez (staand), UruguayPhoto: Publiek domein

Een van de meest visionaire politieke leiders van Zuid-Amerika was de Uruguayaan José Batlle y Ordóñez. Gedurende twee regeerperiodes als president van Uruguay (1903-1907 en 1911-1915) introduceerde hij o.a. de achturige werkdag, werkloosheidsuitkeringen en pensioenuitkeringen (Batllismo). Hij probeerde ook de macht van de grootgrondbezitters (caudillismo) in te dammen door middel van grondwetswijzigingen. Hij creëerde verder een wetgevende macht naar Zwitsers model.

Dit model noemde men “colegiado” en hield in dat in plaats van een president een raad van wijze mannen het dagelijks bestuur van Uruguay vormde. Wel succesvol was de nationalisatie van veel industrieën, waardoor er een tijd lang voor een groot deel van de bevolking een vrij hoog welvaartspeil ontstond. Deze welvaart hing echter wel voor een groot deel af van de groei van de vleesexport. Toen er geen groei meer in deze economische sector zat, was het snel afgelopen met de verdere ontwikkeling van de welvaart. Een grote fout was ook dat er met het verdiende geld niet verder geïnvesteerd werd, maar dat het opgemaakt werd aan luxueuze zaken.

Ook tijdens de ambtstermijnen van Claudio Williman (1907-1911) en Feliciano Viera (1915-1919) werd een aantal hervormingen doorgevoerd (sociale voorzieningen, openbare nutsbedrijven, en het onderwijs ging over van geestelijken naar leken) die in de Latijns-Amerikaanse verhoudingen van die tijd zeer geavanceerd waren. Over het algemeen kan men zeggen dat Uruguay in de eerste helft van de 20e eeuw een van de meest stabiele, democratische staten van Zuid-Amerika was.

Uruguay glijdt langzaam af naar dictatuur

Vanaf het midden van de 20e eeuw stagneerde de economie totaal en met name de bevolking van Montevideo had hier erg onder te lijden, gewend als men was aan het hoge welvaartspeil. Alle sociale voorzieningen kostten zeer veel geld en toen de economie in elkaar klapte had men geen geld meer om deze uitgaven te bekostigen. Oneerlijke begunstiging en corruptie verergerden de situatie nog meer. Halverwege de jaren ’60 was de economische crisis op haar hoogtepunt, met als gevolg veel politieke onrust.

Met de verkiezing van Oscar Gestido, een Colorado-man, werd men weer wat optimistischer over de toekomst. Hij stierf echter vlak na zijn aantreden als president en werd opgevolgd door zijn vice-president Jorge Pacheco Areco, vrij onbekend maar met wat dictatoriale trekjes. Onder Pacheco gleed Uruguay langzaam af naar een dictatuur. Hij verbood linkse partijen en bepaalde kranten en riep diverse malen de noodtoestand uit vanwege guerrilla-activiteiten.

Vlag van de Tupamaros, UruguayPhoto: Publiek domein

De belangrijkste stadsguerrillabeweging was de Marxistische Movimiento de Liberación Nacional, beter bekend als de Tupamaros. Deze beweging was er al in 1963 onder leiding van de socialistische rechtenstudent Raul Sendic, maar liet pas in 1967 van zich horen. De naam Tupamaros stamt af van een Peruaanse indiaan (Tupac Amaru) die in de 18e eeuw een opstand tegen de Spanjaarden leidde. In het begin ontvingen de Tupamaros de steun van de bevolking, maar dat veranderde toen zij de schuld kregen van de door de regering uitgevoerde excessen. Uiteindelijk werd het leger ingezet tegen de Tupamaros die in 1972 definitief verslagen werden.

De presidentsverkiezingen van 1971 leverden een overwinning op voor de door Pacheco uitgekozen opvolger Juan María Bordaberry. Bordaberry inviteerde de militairen om deel te nemen aan de regering, zodat er uiteindelijk een Nationale Veiligheidsraad de macht in handen kreeg. Bordaberry werd in juni 1973 door het leger gedwongen het Congres te ontbinden en de militaire dictatuur was een feit. Deze militaire dictatuur zou in totaal twaalf jaar duren. De militaire dictatuur in Uruguay was iets “milder” dan die van bijvoorbeeld Argentinië, en paste ook totaal niet in de geschiedenis en de politieke tradities van Uruguay. Toch werd de vrijheid van meningsuiting ernstig beknot en namen de militairen alle belangrijke posities in. Martelingen waren aan de orde van de dag en ca. 60.000 burgers werden in totaal gevangengezet. Ook werden er Berufsverbote (bepaalde mensen mochten bepaalde beroepen niet uitoefenen) ingesteld, bibliotheken gecensureerd, en zelfs voor grootschalige familiebijeenkomsten moest goedkeuring aangevraagd worden. Op 12 juni 1976 werd bij een staatsgreep een militair regime gevestigd. De grondwet werd buiten werking gesteld. Het belangrijkste doel van de militaire dictatuur was om de economie weer op gang te krijgen. Men had echter de pech dat er in 1973 een oliecrisis uitbrak die het land nog verder de afgrond induwde.

Weer democratie na twaalf jaar dictatuur

In een volksraadpleging in 1980 werd het volk gevraagd of de militaire rol in de politiek wettelijk vastgelegd moest worden. Ondanks het dreigement van een voortdurende militaire overheersing stemde de meerderheid van de bevolking toch tegen. In september 1981 benoemde de militaire leiding voormalig opperbevelhebber luitenant-generaal Gregorio Álvarez tot president. Deze stond vanaf juni 1982 de traditionele partijen toe om weer politieke activiteiten te ontplooien. Ten slotte kwamen politici en militairen overeen om op 25 november 1984 verkiezingen voor het parlement en een burgerpresident te houden.

Julio María Sanguinetti, UruguayPhoto: Agmontesdeoca CC 3.0 Unported no changes made

De winnaar van de verkiezingen werd Julio María Sanguinetti van de Colorado- partij. Toch zat er een luchtje aan de overwinning van Sanguinetti. De Blanco- leider Wilson Ferreira Aldunato werd door de militairen geboycot omdat hij zich altijd tegen de militaire dictatuur had afgezet en zeer populair was bij het volk. Onder Sanguinetti keerde Uruguay langzaam terug naar haar democratische tradities en de politieke en burgerrechten werden hersteld. Opmerkelijk was dat in 1989 een referendum werd gehouden waarin gevraagd werd om “foute” militairen amnestie te verlenen. Een grote meerderheid stemde vóór! Later dat jaar volgde de Blanco-kandidaat Luis Lacalle Herrera de zittende president Sanguinetti op. De conservatief Lacalle formeerde een coalitieregering met fracties van de Colorados, maar botste tijdens zijn ambtsperiode voortdurend met het gemeentebestuur van Montevideo, waarin het Frente Amplio de grootste partij was. Voormalig president Sanguinetti op zijn beurt keerde in 1994 weer terug op het pluche aan het hoofd van een coalitieregering. In juli 1995 werd er door het parlement overeenstemming bereikt over een herziening van het kiesstelsel, waardoor voortaan elke partij nog maar één presidentskandidaat mocht kandideren. Deze grondwetswijziging werd in december 1996 in een referendum door de kiezers goedgekeurd.

In december 1995 werd in de badplaats Punta del Este een presidentiële topbijeenkomst gehouden van de vier landen die zijn aangesloten bij de Zuid- Amerikaanse Gemeenschappelijke markt (Mercosur): Argentinië, Brazilië, Paraguay en Uruguay. Tijdens de topbijeenkomst werd besloten Bolivia toe te laten als geassocieerd lid en de onderhandelingen met Chili voort te zetten.

21e eeuw

Dr. Tabaré Vázquez, uruguayPhoto: Gobierno de la Repúblic CC 2.0 Generic no changes made

Na presidentsverkiezingen eind 1999 werd Jorge Batlle Ibáñez op 1 maart 2000 geïnstalleerd als president. In maart 2005 trad, voor het eerst in de geschiedenis van Uruguay, een linkse regering aan onder president Dr. Tabaré Vázquez van het Frente Amplio (FA). De overgang van een conservatief naar een progressief bewind verliep vlekkeloos, zowel op democratisch vlak als voor wat betreft de collegiale overdracht van de departementen. In juni 2008 kondigt Vázquez de ontdekking van een groot gasveld aan in de wateren voor de kust van Uruguay.

In november 2009 wint José Mujica, voormalig links rebellenleider de presidentsverkiezingen. Voormalig president Bordaberry wordt in februari 2010 berecht en krijgt 30 jaar gevangenisstraf. In maart 2010 begint Mujica als nieuwe president van Uruguay. Uruguay laat zich de laatste tijd van haar meest progressieve kant zien. Achtereenvolgens worden er in oktober 2012 een abortuswet aangenomen, in april 2013 wordt het homohuwelijk gelegaliseerd. In december 2013 legaliseert Uruguay de teelt en het recreatief gebruik van Marihuana, dit in het kader van de strijd tegen de drugskartels. De nieuwe regeling gaat in april 2014 in. In november 2014 wint Tabare Vazquez de presidentsverkiezingen en treedt in maart 2015 aan.

Luis Lacalle Pou, UruguayPhoto: Alan Santos/PRa CC 2.0 Generic no changes made

In juli 2017 wordt Uruguay het eerste land ter wereld dat het legaal maakt mariunana te produceren en te verkopen voor recreatief gebruik. Nadat de leider van de Nationale Partij, Luis Lacalle Pou, eind 2019 de verkiezingen heeft gewonnen treedt hij in maart 2020 aan als president. De volgende verkiezingen zullen in 2024 worden gehouden.

URUGUAY LINKS

Advertenties
• Vliegtickets Uruguay | VliegenNaar
• Hotels Uruguay
• Autoverhuur Sunny Cars Uruguay
• Hotels Trivago
• Reisgidsen en kaarten Uruguay

Nuttige links

Reisinformatie Uruguay (N)
Reizendoejezo - Uruguay (N)
Uruguay Foto's
Uruguay Startnederland (N+E)

Bronnen

Bernhardson, W. / Argentina, Uruguay & Paraguay

Lonely Planet

Haitsma, M. / Uruguay: een landenmap

Novib

Jermyn, L. / Uruguay

Marshall Cavendish

CIA - World Factbook

BBC - Country Profiles

laatst bijgewerkt november 2024
Samensteller: Arie Verrijp / Geert Willems