THAILAND
rondreis MH deel 2a
rondreis MH deel 2a
T H A I L A N D
MEER REISINFO EN FOTO’S TE VINDEN OP ONZE TRAVELBLOG:
WWW.TANGATANGA.COM/HERLINDEMARC
THAILAND - ALGEMEEN
Thailand, in het verleden Siam genoemd, is wellicht het meest bezochte toeristische land van Azië. Het is 514.000 km² groot en telt 65,5 miljoen inwoners, waarvan 95 % boeddhistisch zijn. De buurlanden zijn Myanmar, Laos, Cambodja en Maleisië. Verder wordt het land nog begrens door de Golf van Thailand en de Andaman Zee. Het hoogste punt van het land, Doi Inthanon, is 2.565 meter hoog en gelegen in noord Thailand (nabij Chiang Mai).
De mensen
‘Het land van de glimlach’ heeft zijn bijnaam zeker niet gestolen.
- De mensen lachen vaak, zijn overal supervriendelijk en behulpzaam.
- Velen spreken de Engelse taal, de een al beter dan de andere. Maar wanneer ze zich niet in het Engels kunnen uitdrukken, bijvoorbeeld in de niet toeristische plaatsjes in het Noorden, gebruiken ze wel gebarentaal om je verder te helpen.
- Thailand is een koninkrijk, de vorst en zijn familie zijn zeer geliefd bij het volk. Op straten, pleinen en in gebouwen hangen overal grote foto’s van de koning en/of koningin. We waren in Thailand op de verjaardag van de koning, 5 december, er werd 3 dagen gefeest ter ere van hem. Vele offers werden gebracht aan een podium met een reuze grote foto van Rama IX. Zowat alle locale mensen waren in het roze gekleed uit respect voor hun koning.
- De belangrijkste etnische groeperingen in Thailand zijn : Akha, Lahu en Lisu (allen van Tibetaanse origine), Mien (afkomstig vanuit Centraal China), Hmong (zuid Chinese afkomst) en Karen (ingeweken vanuit Myanmar, het toenmalige Brima).
Weetjes
- Thailand is de grootste rijstexporteur ter wereld, met zo’n 10 miljoen ton/jaar.
- Het land heeft de 2de grootste pick-up markt ter wereld, na de Verenigde Staten. Monovolume voertuigen ziet men hier niet.
- Er bevinden zich meer dan 4.000 ‘7 Eleven’ winkels op Thaise bodem, welke vooral in trek zijn bij de westerse toerist. Een vers belegde boterham, warme toast (croque) of pizzapunt, meeneemkoffie of -chocolademelk (warm of ijsgekoeld), yoghurt, … zijn na een tijdje een welkome afwisseling op de typisch Aziatische voeding. Je vindt er ook de nodige kleine attributen voor dagelijkse hygiëne of handigheidjes voor tijdens de reis. En dit tegen economische prijzen.
- Een gids vertelt ons dat vroeger de Thai, net als overal in Azië, de gewoonte hadden op betelnoten te kauwen. Dat kleurde hun tanden donkerrood tot zwart, ze spuwden er danig op los en de straten waren vol rode vlekken. Een van de vorige koningen Rama, een groot favoriet van westerse cultuur, vond dit maar vies en heeft het verbod tot kauwen van betelnoten tot wet gemaakt.
Veiligheid
Het is een zeer veilig land om rond te reizen, we hoorden geen enkele negatieve ervaring van andere reizigers.
Klimaat
We verbleven in Centraal en Noord Thailand in de periode 15 oktober – 20 december.
Het was er minstens 25°C tijdens de dag, wat koeler ’s avonds en ’s ochtends, nooit regen (wel korte stortbuien in oktober), soms grijze dagen in het noorden.
Voeding
In toeristische plaatsen zijn overal restaurantjes met westerse keuken te vinden, de algemene hygiëne is zeer goed.
Gezondheid
Over het algemeen zijn er zeer goeie ziekenhuizen in Thailand, vooral in de grotere steden.
Een doktersbezoek kost ongeveer 6 EUR (Bangkok).
Het land is bekend om de kwalitatieve en goedkope tandheelkunde.
Thaise massage is goedkoop en ontspannend. Rugmassage is hard op het moment zelf, maar heeft achteraf een weldadig effect. Deze is overal te vinden langs de straten, kwestie is van een goede keuze te maken. In de hotels kan men hierover zeker advies geven.
Internet
Overal zijn goeie internetcafés beschikbaar. WIFI wordt vaak gratis aangeboden in restaurants en hotels. Er zijn nog veel onbeveiligde netwerken te vinden.
Overzees telefoneren is spotgoedkoop vanuit sommige internetcafés.
Verplaatsingen – openbaar vervoer
De wegen in Thailand zijn goed.
- Het openbaar vervoer per bus is redelijk comfortabel en goed georganiseerd. De bussen rijden stipt. Hoe langer het te rijden traject, hoe meer comfort de bus vaak biedt.
Voor lange afstandsbussen heeft men vaak de keuze tussen VIP, eerste en tweede klasse. Meestal wordt een DVD met muziek afgespeeld onderweg en is er airco. Op de VIP bussen wordt vaak een flesje drinkwater aangeboden, soms ook koekjes.
Tweede klasse bussen vinden wij reeds voldoende comfortabel voor onze verplaatsingen.
Nachtbussen zijn volgens de informatie van een aantal mensen zeer comfortabel voor grote afstanden. Wij vermijden deze omdat we graag een goede nachtrust genieten in een hotelbed.
- Locale bussen zijn ouder en bieden weinig beenruimte, soms zorgen ventilatoren op het plafond voor wat afkoeling bij gebrek aan airco. Deze bussen zijn gemakkelijk te nemen, er wordt meestal duidelijk een bestemming in het Engels op vermeld. In het noorden is dit soms niet het geval, mensen helpen je dan graag. De meeste bussen rijden met redelijke frequentie.
- De treinen rijden zeer langzaam en zijn minder comfortabel dan de bussen.
- Binnenlandse vluchten zijn niet zeer duur, soms het overwegen waard om tijd te winnen op langere trajecten.
- Bij locale verplaatsingen kan je veelal beroep doen op openbaar vervoer.
- Maar je kan ook opteren voor individueel vervoer, wat steeds duurder uitkomt. Hier dient men zeker alert te zijn, de prijs wordt vaak opgetrokken voor toeristen, discussie is steeds nodig, vaak is tot 50 % vermindering van de initieel aangeboden prijs mogelijk.
- Locaal vervoer voor kortere afstanden wordt veelal georganiseerd met sörng-täa-ou (soort pick-up met banken in de achterbak), deze kunnen ook worden gebruikt als gedeelde taxi of individuele taxi (duur)
- In de steden wordt individueel vervoer aangeboden door de tuk-tuk (motortaxi, meestal voor 2 personen) en de sâhn-lór (al dan niet gemotoriseerde driewielers).
Prijzen
In Thailand is het zeer goedkoop rondreizen, enkele voorbeelden :
- degelijke, propere 2-persoons hotelkamer met sanitair en warm water, vanaf 8 EUR
- maaltijd incl. drank, vanaf 2 EUR
- bus, gemiddeld 0,75 EUR per uur
Betalen
- Munt : THB (Bath)
- 1 EUR = 47,62 THB (info 18 okt 2009)
- ATM’s zijn overal in het land beschikbaar. Men dient overal in het land rekening te houden met een kost van 150 THB per transactie wanneer men een ATM gebruikt, maximaal per afhaling en per dag 20.000 THB.
- USD en EUR kunnen overal gewisseld worden.
- Biljetten worden steeds met de afbeelding van de koning naar buiten geplooid en afgegeven met dit beeld naar boven.
- Fooien : niet gebruikelijk, in restaurants wordt de prijs soms naar boven afgerond.
- Markt : als de prijs niet geafficheerd is, worden de artikelen aan de toerist meestal te duur aangeboden, afdingen is hier gebruikelijk. Op toeristische markten is afdingen tot 50 % mogelijk. Wanneer je bod echt te laag is, zullen ze niet toehappen. In het andere geval komen ze toch achter je aan wanneer je wegwandelt.
Noord Thailand specifiek
- Het noorden van Thailand kent een groot aanbod van georganiseerde excursies. Hier zijn inderdaad prachtige natuurparken, tempels en traditionele dorpjes te bezoeken.
- Deze zijn vaak moeilijk te bereiken met het openbare vervoer.
- Een aantal van deze bezienswaardigheden zijn echter wel vlot bereikbaar mits eigen vervoer, vb. fiets, scooter, auto. Deze zijn vrij goedkoop te huren in de meeste plaatsen.
- De vele tempels en etnische dorpen gelijken vaak op elkaar. Ze allemaal bezoeken zou veel herhaling zijn en gaan vervelen. Het beste is een keuze te maken op basis van niet-commerciële informatie. Deze kan je gemakkelijk bekomen van andere reizigers onderweg of uit reisverslagen bvb. via Wegwijzer www.wegwijzer.be.
- De kleine steden zijn veel minder toeristisch, authentieker en vaak ook zeer mooi. Dit voelde voor ons veel beter aan dan de super toeristische plaatsen. We genoten er van aangename dagen. Het enige nadeel is dat niet veel mensen er Engels praten, toch zijn ze uiterst vriendelijk en behulpzaam.
- De grote toeristische steden (vb. Chiang Mai, Chiang Rai) zijn verwesterd, zeer veel Europeanen baten er horeca zaken uit. Dit gaf ons het gevoel niet echt in Thailand te verblijven.
Voorbereiding
Een visum kan zonder problemen bij aankomst in de luchthaven worden bekomen voor 30 dagen, mits een verdere of terugvlucht kan aangetoond worden.
Wij hebben een enkel ticket, dit omdat we langer dan 1 jaar onderweg zullen zijn. Verdere vluchten zullen we ter plaatse regelen, kwestie van vrijheid bij onze timing. Bovendien kunnen we deze in Azië vaak aan voordeligere prijzen bekomen.
Daarom vroegen we bij de Thaise Ambassade in België een visum aan voor 80 dagen, met toelating om 3 x opnieuw het land te betreden.
Omdat we geen tickets hadden met betrekking tot het verlaten van en terugkeren naar Thailand, kregen we slechts een visum voor 2 x aankomst in het land, telkens voor 60 dagen. Hiervoor dienden we onze geplande route gedetailleerd toe te lichten. De visum is gratis te bekomen.
Ambassade Thailand, Terkamerendalsquare 2, 1050 Elsene
Open van maandag tot vrijdag.
Aanvraag voor een visum indienen kan van 10.00 u – 12.00 u
Benodigde documenten : paspoort, 2 pasfoto’s, ingevulde documenten voor de aanvraag (beschikbaar ter plaatse)
Ophalen paspoort met visum : 1 dag na de aanvraag van 14.00 u – 15.00 u (dit hoeft niet persoonlijk te gebeuren, men dient hiervoor wel het documentje mee te nemen dat werd uitgereikt bij het indienen van de aanvraag)
LAMPANG is een provinciestadje met 148.000 inwoners, gelegen aan de Mae Wang rivier. De omwalling van het historische stadsdeel is hier en daar nog zichtbaar, een aantal oude teakhouten huizen zijn er te bewonderen. De streek is bekend om zijn handel in teakhout, zowel nationaal als internationaal.
Bij aankomst merken we onmiddellijk dat het in Lampang niet zeer toeristisch is. Het is een zeer geordend stadje, waar het aangenaam toeven is. Paardenkoetsen worden volop ingezet bij festiviteiten of om bezoekers een rondleiding te geven in de straten.
We logeren in een oud teakhouten hotelletje aan de oever van de rivier, wat een bijzonder gezellige sfeer schept. ’s Avonds eten we in het restaurantje van dezelfde eigenaar, iets verder aan de rivieroever, dat in dezelfde stijl is opgetrokken.
Vanuit Lampang bezoeken we een reservaat voor olifanten, dat wordt gesteund door de Thaise overheid. Hier worden gewonde olifanten verzorgd in een hospitaal. Anderen krijgen van jongs af aan een opleiding om mee te functioneren als toeristische attractie en kunstjes te tonen. Bezoekers hebben ook de mogelijkheid om een ritje per olifant over het domein te maken, of zelfs een (meerdaagse) opleiding te volgen tot mahout (olifantenbegeleider). We gaan een kijkje nemen terwijl de olifanten baden. Nadien tonen ze hun kunsten. Voor ons was het wel indrukwekkend te zien hoe zulke grote logge dieren er in slagen een kleurrijk waterverfschilderij te maken met zeer herkenbare vormen, zoals een olifant onder enkele bomen, met takken, gebladerte en vruchten, …
We brengen ook een bezoek aan het (niet toeristische) olifantenziekenhuis van FAE (friends of the Asian Elephants), een privé-initiatief (NGO) dat werkt op basis van donaties. Hier zien we echt zieke olifanten die worden geholpen. In totaal hebben ze 11 patiënten. 6 ervan verblijven hier permanent omdat ze niet zonder verzorging kunnen. Het ziekenhuis is gebouwd in de natuurlijke omgeving van de olifanten, ze hebben ruimte genoeg om zich er goed thuis te voelen en vrij te kunnen bewegen.
We zien de 49 jaar oude olifant ‘Motala’, die een 10-tal jaren geleden op een landmijn trapte en zo een stuk van haar poot verloor. Na een jarenlange strijd kon men de wonden helen. Sinds 2009 heeft Motala een prothese en kan terug op 4 poten rondlopen.
In 2006 trapte de 7 maanden oude ‘Mosha’ ook op een landmijn. Ook zij verloor een deel van een poot. Samen met haar moeder werd ze ondergebracht in dit ziekenhuis voor verzorging. Ze genas vrij snel en heeft sinds 2008 haar eerste prothese gekregen. Deze is ze ondertussen ontgroeid, ze loopt momenteel op een nieuwe prothese. Schattig om zien hoe fier ze rondloopt en komt kijken naar de weinige bezoekers die het ziekenhuis aandoen en haar staan te bewonderen.
Verder leven er permanent ook enkele blinde olifanten.
Dat zulke verzorgingen een zeer hoog kostenplaatje hebben, hoeft niet vermeld.
Voor de geïnteresseerden, meer informatie is beschikbaar op : www.Elephant-soraida.com en www.Elephant-soraida.com (foto’s)
We maken een rondwandeling doorheen het oude stadsdeel, bekijken de ‘Wat Pongsanuk Tai’ tempel en het teakhouten huis ‘Baan Sao Nak’. In Ko Kha bezoeken we de ‘Wat Phra That Lampang Luang’ tempel, een tempel zoals we er vele zagen in Myanmar.
Ernaartoe :
motortaxi New Sukhothai hotel – busterminal, 20 THB pp.
bus Sukhothai – Lampang, 170 THB pp., 4 ½ uren onderweg
gedeelde taxi (open pick-up), Lampang busterminal – hotel, 20 THB pp.
Hotel :
The Riverside Guesthouse, 300 THB pp., voor een kleine 2 persoonskamer met sanitair (warm water),
ventilator, zithoekje voor de kamer, zicht op de rivier, gezellig guesthouse met kamers in verschillende prijsklassen, meerdere gezellige zithoeken, ontbijt mogelijk, vriendelijk en behulpzaam onthaal, toeristische informatie, Talat Kao Road n° 286, tel. 054 227005, www.theriversidelampang.com
Excursies :
Olifantenziekenhuis van FAE : gratis toegang, vrijwillige bijdrage steeds welkom, 1ste afslag rechts op het baantje dat naar het Thai Elephant Conservation Center leidt, 200 meter ervandaan. Loont echt de moeite voor een bezoek ! Dit kan enkel in de voormiddag.
Thai Elephant Conservation Center : inkom 80 THB
ernaartoe en terug : bus Lampang – richting Chiang Mai, 26 THB pp., ½ uur onderweg
Wat Phra That Lampang Luang :
ernaartoe en terug : locaal gedeelde pick-up taxi, 50 THB pp., te nemen aan de markt, brengt je tot aan de tempel, om terug te keren moet je hopen dat er terug eentje passeert. Indien dit niet het geval is kan je achterop een scooter, die je tot Ko Kha brengt (moet kunnen voor 25 THB pp.), waar je voldoende mogelijkheden hebt om een pick-up taxi naar Lampang te nemen (20 THB pp.).
Baan Sao Nak : inkom 50 THB pp., wij gingen niet naar binnen, zou de moeite niet lonen
PHRAE is een provinciehoofdstadje met 18.000 inwoners, gelegen aan de Mae Nam Yom rivier. Rondom het oude stadsdeel is een omwalling die nog hier en daar zichtbaar is. Binnen deze omwalling zijn nog enkele traditionele teakhouten huizen te vinden, het uitzicht wordt echter gedomineerd door tempels.
Wanneer we aankomen in Phrae, voelen we onmiddellijk dat het hier niet echt toeristisch is. De taxi’s zijn helemaal niet zo opdringerig om ons mee te nemen en de mensen praten meestal geen woord Engels. Grappig hoe enkele taxichauffeurs onze rugzakken staan te bewonderen en ons toelachen terwijl ze grapjes maken naar Herlinde en voordoen hoe ze met de zware zak op haar rug gebogen zal lopen, ze zingen er zelfs even bij.
Toeristische informatie is hier moeilijk te vinden. Daarom begeven we ons onmiddellijk naar het adres van een locale journalist, Nok Bin, die volgens ons reishandboek Lonely Planet toeristen ontvangt in zijn ‘cafeetje’ om hen te informeren en te helpen de streek te verkennen. Hier is echter niemand aanwezig, alles ziet er zeer gesloten uit.
We wandelen een beetje rond in het stadje, bekijken de tempels van op een afstand (zijn het tempels bezoeken een beetje moe) en begeven ons naar het grote teakhouten huis, Vongburi House, gebouwd van 1897 tot 1907. Van in de tuin kunnen we het mooie pastelkleurig geschilderde huis bewonderen, met zijn vele kantwerk aan de ramen. Het werd gebouwd naar Europese stijl uit die tijd. Niettegenstaande we hier tijdens de openingsuren zijn, is de deur afgesloten en kunnen we niet naar binnen.
Eigenlijk begrijpen we wel dat we hier niet veel toeristische attracties open vinden, we hebben nog geen enkele andere toerist gezien. In de aangenaam rustige tuin begeven we ons naar het terras van de tearoom voor een heerlijk koel drankje.
Wanneer dit op is, komt de eigenaresse ons een paarsblauw drankje in champagnecoupes aanbieden. Ze vraagt onze mening hierover, we vinden het heerlijk fris en lekker. Met dit antwoord is ze zeer tevreden, het is immers een eigen drankje dat ze uitprobeert. Ze heeft het bereid op basis van de ‘butterfly pea’ (een paarsblauwe bloem) en ‘lemon gras’, hierbij enkele druppels limoen … heerlijk drinken op een warme dag.
Omdat zij Engels spreekt, beslissen we onze kans te wagen en vragen haar of er openbaar vervoer beschikbaar is naar het ‘Phae Meuang Phi’ nationaal park, 18 km verderop gelegen. Uiteindelijk brengt zij ons naar het park en haalt ons een uurtje later terug op.
Het park is niet zeer groot en bestaat enkel uit een aantal versteende zandformaties van wit tot oranje gekleurd, die ons doen denken aan grote paddenstoelen. Deze zijn gevormd door erosie als gevolg van wind en regen. Een zeer speciale omgeving, ook wel eens de ‘geestenstad’ genoemd.
Goi blijkt een zeer aangename jonge vrouw, die zich bezig houdt met allerhande ambachtelijke zaken en gebruikt vooral natuurproducten. Ze heeft haar ijssalon/tearoom, een bakkerijtje (bakt enkel met geitenmelk), een weverijtje waar ze stoffen ‘indigo’ kleurt op basis van zelfgekweekte planten, … Op terugweg bezoeken we haar weverijtje, waar ze ons het proces van de kleuring van haar stoffen toont. We mogen elk een stuk stof kleuren. Een leuke ervaring …
Voor we Phrae verlaten de volgende dag, bezoeken we nog het oorlogsmuseum op de parking van ons hotel. Zeer boeiend wordt uiteengezet hoe deze streek zich heeft verzet tegen de Japanse inval in 1941. Er werd een verzetsbeweging tegen de Jappen uitgebouwd ‘Free Thai Movement’, die al vlug een internationale rol ging spelen in WOII. Vooral Thaise studenten over de hele wereld namen hieraan deel en zetten een zeer complex spionagenetwerk op. Hiervan was Pridi Phanomyong de leider, zijn naam werd in 2000 toegevoegd op de lijst met ‘belangrijke personen in de wereldgeschiedenis’ van Unesco.
Ernaartoe :
pick-up taxi Lampang hotel – busterminal, 20 THB pp.
bus Lampang – Phrae, 101 THB pp., 1ste klasse, 1 ¾ uren onderweg
Hotel :
Paradorn hotel, 300 THB per nacht voor een ruime ongezellige 2 persoonskamer, zeer sober ontbijt inbegrepen, met ventilator, TV, terrasje, sanitair (warm water), verouderd maar proper, vriendelijk personeel die echter geen woord Engels spreken, alle teksten die uithangen zijn in het Thai en voor ons onverstaanbaar, n° 177 Th Yantarakitkoson Road, tel. (054) 511 177, www.phrae-paradorn.th.gs, hotel@phrae-paradorn.com, gelegen vlakbij het busstation, op wandelafstand van het oude stadscentrum
Excursies :
Phae Meuang Phi nationaal park :
ernaartoe en terug: lift aangeboden gekregen, ook mogelijk met de pick-up taxi’s aan de busterminal
inkom : gratis
Museum ‘Free Thai Movement’: inkom gratis
NAN is een provinciestadje met 20.400 inwoners, gelegen vlakbij de grens van Thailand met Laos. Hier eindigde vroeger de weg, er was geen grensovergang, dit is echter recent veranderd.
In Nan huren we fietsen om de buurt te verkennen. Met een kaartje van de omgeving fietsen we eerst door het stadje om de belangrijkste plaatsen te bezoeken : tempel Wat Saun Tan (781 jaar oud), het teakhouten huis van Lord Rachabuth uit 1966, het nationale museum, tempel Wat Phumin (met binnenin mooie muurschilderingen), tempel Wat Phra That Kao Noi (gebouwd op een heuvel met mooi uitzicht over de omgeving), tempel Wat Phra That Chae (de grootste tempel uit de omgeving).
Het museum vinden we zeer interessant. Het leven en de geschiedenis van de traditionele stammen uit de omgeving worden hier uitgebreid toegelicht. Hun huidige situatie wordt zeer realistisch vergeleken met vroeger. Tradities en gebruiken komen aan bod. De belangrijkste etnische groepen in de omgeving zijn : Thai Lue, Hmong, Yao, Htin en Mlabri (of Tong Luang).
Na deze bezoeken, rijden we aan de overkant van de rivier via kleine baantjes tussen de velden en kleine dorpjes door. Een slingerende weg brengt ons door een heuvelachtige bosrijke omgeving naar de brug aan het andere uiteinde van Nan om zo terug te keren naar het centrum. Een mooie fietstocht, de mensen onderweg zijn niet gewoon dat Westerlingen hier voorbij fietsen en roepen en zingen ons toe.
Na overleg met Fhu (uitbater van Fhu Travel) beslissen we toch een tocht te doen op zoek naar de traditionele Mlabri bevolking. Dit is de enige stam waarvan nog een aantal mensen op echt traditionele wijze leeft.
Voor de middag bezoeken we enkele dorpjes, met Lana, Htin, Yao en Hmong bevolking. We wandelen in hun dorpen rond en bezoeken enkele huizen. Zeer primitief voor ons, maar al een heel verschil met de dorpen die we in Myanmar bezochten. In elk dorp zien we wel ergens een schotelantenne staan, in één van de huizen staat een karaoke installatie (de favoriete bezigheid van de Thai). Toch is het boeiend om zien hoe hun tradities en gebruiken nog steeds worden gehandhaafd en verschillen van stam tot stam. We vinden het jammer dat ze hun traditionele kleurrijke klederdracht nog enkel dragen tijdens festiviteiten, zo krijgen we hen dus niet te zien.
Na de lunch vertrekken we vanuit een Hmong dorp te voet een bergpad op, de bossen in. Daar leven de Mlabri op traditionele wijze. Ze wonen er in het bos, onder een soort afdak van bamboetakken, bedekt met bananenbladeren. Hieronder slapen ze met een familie, die gemiddeld uit 7 personen bestaat. Op de grond onder hun afdak maken ze een bedje van bananenbladeren, dekens hebben ze niet. Ze leven van wat ze vinden in de natuur, koken doen ze op een houtvuurtje voor hun afdakje. Ze lopen slechts gekleed in een lendendoekje. Wanneer de bananenbladeren op het afdak uitdrogen en geel kleuren wordt er verhuisd, anders kunnen er slechte geesten komen. Elders wordt een nieuw onderkomen gebouwd. Dit kan soms zeer vlug zijn, in de warme en droge periode spreken we van een 5-tal dagen, tot ongeveer 18 dagen in het vochtige seizoen. Vandaar hun naam die betekent ‘geest van het gele blad’. Er leven op deze manier momenteel nog slechts een 80-tal mensen in deze buurt.
Op terugweg stoppen we nog bij het dorp dat de Thaise prinses liet bouwen voor de Mlabri, met straten, enkele zonnepanelen voor een minimum aan energie, een schooltje voor de kinderen, … Hier leeft momenteel het grootste deel van de etnische groep Mlabri, samen met hun hoofdman. Deze weigert zich echter aan te passen en loopt nog steeds rond met enkel een lendendoek. We bezoeken hem … een rare oudere man waarvan de borst volledig is getatoeëerd. Via onze gids Nong stellen we hem enkele vragen. Hij is hier niet gelukkig, maar blijft omdat hij beseft dat zijn volk hier een betere toekomst zal kunnen uitbouwen. Wanneer hij zou terugkeren naar zijn geliefde bosomgeving, zouden de meesten van hen hem onmiddellijk volgen.
Ernaartoe :
bus Phrae – Nan, 60 THB pp., 2de klasse bus zonder airco, 2 ¼ uren onderweg
gedeelde pick-up taxi Nan busterminal – hotel, 60 THB pp.
Hotel :
Phu Fha Place, 450 THB per nacht voor een ruime 2 persoonskamer met sanitair (warm water), TV, airco, koelkast, gratis koffie, gratis 2 flessen drinkwater per dag, gratis Wifi, kamer met enkel een niet doorzichtig raam om wat licht binnen te laten, zeer proper, vrij nieuw, vriendelijk onthaal, spreken geen Engels, Th. Sumonthewarat 237/8, tel. 054 710 222
Excursies :
fietstocht :
huur fietsen : 40 THB per fiets per dag, in de buurt van ons hotel (info Fhu Travel)
nationaal museum : 100 THB pp., de moeite waard
1 daagse trekking naar de etnische dorpen in de buurt : 1.000 THB pp. bij 4 deelnemers
we vroegen om een combinatie van het 1 en 2 daagse programma omdat we de Mlabri bevolking in hun traditionele verblijfsplaats wilden zien, dit is enkel mogelijk indien de Mlabri zich niet te ver van de weg af bevinden omdat anders de 8 stapuren van de 2-daagse trektocht noodzakelijk zijn, na informeren hierover bleek het te kunnen, hierdoor werd onze tocht iets duurder (1.700 THB pp. bij deelname van 2 personen) en moesten we rekenen op ongeveer 3 uren stappen in het bos
toen we aankwamen in het kantoor voor vertrek, bleek Fhu 2 extra deelnemers te hebben gevonden voor onze tocht, waardoor deze merkelijk goedkoper werd
Fhu Travel & information, tel. 054 710 636, www.fhutravel.com, info@fhutravel.com
LET OP : een oudere man in het dorp kopieert de brochure van Fhu Travel en biedt dezelfde tochten aan onder de naam ‘Nan Amazing Tour’, hij tracht mensen op te vangen aan het toerismekantoor en in de hotels, de man heeft geen 4x4 en kan dezelfde tochten onmogelijk maken, bovendien heeft hij niet de kennis, wanneer je meer toelichting vraagt bij de tochten komt dit duidelijk naar boven, zijn prijzen zijn slechts de helft van deze van ‘Fhu Travel’, maar ook dit is bedrog want uiteindelijk rekent hij nog de brandstof en het eten erbovenop, waardoor de kostprijs bijna op hetzelfde ui
CHIANG MAI is een provinciestad met 174.000 inwoners, gelegen in het noordelijke heuvelgebied van Thailand. De stad doet zeer westers aan, omwille van de vele Europeanen die er zich gevestigd hebben. Het historische stadscentrum is omringd door een stadsmuur en –gracht, die op de meeste plaatsen nog intact is, er zijn 4 oude toegangspoorten. Het straatbeeld binnen deze muren wordt voor een groot deel door tempels bepaald.
Wat een verschil met de kalme kleinere niet of minder toeristische steden waar we vandaan komen. Chiang Mai is superdruk en zeer levendig. Toeristen komen hier vaak om te feesten of te genieten van terrasjes en restaurantjes. En die zijn er ruimschoots, velen met westerse kenmerken. Een groot deel van de horecazaken worden hier immers uitgebaat door westerlingen die hier zijn komen wonen, vaak met een Thaise partner. We voelen ons hier niet echt in Thailand.
We verblijven hier tijdens de feesten ter gelegenheid van de 82ste verjaardag van de Thaise koning op 5 december. Vele Thai zijn uitgedost in het roze om hun eerbied voor de man te tonen. 3 avonden na elkaar zijn er feesten in de stad, meestal aan de ‘Tha Phae’ stadspoort, vlakbij ons hotel. We gaan er graag de sfeer opsnuiven, met muziek, dans, vuurwerk, …
Doi Suthep is een groot tempelcomplex bovenop een heuveltop (+/- 1.676 meter hoog). We bezoeken dit op 5 december zelf, ook hier wordt volop gevierd. 306 traptreden brengen ons van op de parking naar boven, tot aan de tempel. Een massa mensen maken van deze dag gebruik om hiernaartoe te komen, wat een chaos ! Er wordt aangeschoven aan de verschillende offerplaatsen, waarvoor alle gelovigen immers hier naartoe gekomen zijn. Voeding wordt uitgedeeld door de vrouwelijke en mannelijke monniken. Tussen de vele feestelijk uitgedoste mensen, zien we er ook mensen in traditionele klederdracht. Een zeer kleurrijk schouwspel, waartussen weerom opvallend veel roze. Hier en daar wordt muziek gemaakt en gedanst. Het middenplein met de ‘gouden chedi’ is zeer mooi, we weten niet waar eerst kijken.
In de zoo van Chiang Mai gaan we de reuzenpanda’s bewonderen. Er is ook een ‘baby’ panda die hier tot januari verblijft. Tot onze teleurstelling is de kleine panda enkel te zien op een groot plasmascherm en niet in levende lijve. De 2 volwassen panda’s kunnen we wel zien, maar ze liggen beiden op hun rug, op een dikke boomstam hoog boven de grond. Daardoor zien we ze slechts gedeeltelijk. Echt jammer !
Verder stelt de zoo niet zo veel voor. Een aantal kooien staan leeg, zijn niet echt goed onderhouden en er zijn geen echt bijzondere dieren …
De massaal rondrijdende auto’s en motorfietsen maken het zelfs onaangenaam om er rond te wandelen, we moeten steeds opletten om niet te worden omvergereden. Dit heeft misschien ook te maken met de feeststemming rond de koninklijke verjaardag.
Tijdens een wandeling binnen de stadsmuren op zondag bezoeken we de 3 belangrijkste tempels : Wat Chiang Man (de oudste tempel in de stad, met 2 bijzondere Boeddhabeeldjes, 1 in kwartssteen, 1 in kristal), Wat Phra Singh (Lanna Stijl, veel verscheidenheid in offerplaatsen), Wat Chedi Luang (teakhouten tempel). De laatste is voor ons de mooiste met zijn vele gebedsvlaggetjes eromheen. We wandelen langs het beeld van de 3 koningen en langs de vrouwengevangenis.
Vanaf 17.00 u is de winkelstraat vlakbij ons hotel autovrij en wordt deze gevuld met marktkraampjes. De kleurrijke zondagse avondmarkt trekt zowel de toerist als de bewoners van de stad. Om 18.00 u stipt begint het volkslied door luidsprekers in de straat te spelen. Op dat moment staat iedereen opeens stokstil en zwijgt. Het is zeer grappig om hiertussen te staan … tot de muziek plots stopt en men verder praat, onderhandelt, wandelt, …
We blijven echter niet lang tussen deze drukte doordrummen, dit is niet echt ons ding. We wandelen naar het plein van de 3 koningen waar een evenement rond hemellichamen en ‘licht’ plaatsvindt. Vele foto’s met toelichting (ook in het Engels) en sterrenkijkers zijn er voor het publiek neergeplaatst.
Daarna gaan we nog even kijken op het plein aan de ‘Tha Phae’ stadspoort, waar enkele in klederdracht uitgedoste kinderen zingen en dansen op Lana muziek.
Marc laat een Thaise massage van hals en rug uitvoeren. Hij wil uitproberen of daardoor zijn rugspieren versoepelen. Dit om te vermijden dat hij problemen van blokkering zou krijgen, wat soms wel eens gebeurt. Wat dan in België telkens wordt behandeld door een osteopaat, welke niet te vinden zijn in Thailand. En inderdaad de massage versoepelt duidelijk zijn rugspieren. Hij is tevreden.
Ernaartoe :
pick-up gedeelde taxi hotel – busterminal, 10 THB pp.
bus Nan – Chiang Mai, 265 THB pp., 1ste klasse met airco, 5 ¾ uren onderweg, we krijgen een flesje drinkwater en een pakje koekjes voor onderweg
pick-up taxi Chiang Mai busterminal – hotel, 100 THB
Hotel :
hotel Awana House, 600 THB per nacht voor een mooie propere 2 persoonskamer met sanitair (warm water), airco, ventilator, TV, koelkast, balkon, 2 flessen drinkwater per dag, gratis Wifi, gratis boekenruil, zwembad, groot dakterras met uitzicht, toeristische informatie, zeer vriendelijk en behulpzaam onthaal, restaurant aanwezig, zeer centrale ligging binnen de stadsmuren, vlakbij de ‘Tha Phae’ stadspoort en de zondagavondmarkt, 7 soi 1 Ratchadamnoen road, tel. 086 924 69 74, info@awanahouse.com, www.awanahouse.com, Aanrader !
Excursies :
Doi Suthep :
inkom : 30 THB pp.
ernaartoe :
tuk-tuk hotel – Chiang Mai zoo, 60 THB
pick-up shared taxi Chiang Mai zoo – Doi Suthep, 40 THB pp.
Chiang Mai zoo :
inkom algemeen: 100 THB pp. (noodzakelijk om de panda’s te kunnen bezoeken)
toegang panda’s : 100 THB pp.
ernaartoe : pick-up shared taxi Doi Suthep – Chiang Mai zoo, 40 THB pp.
terug naar hotel : pick-up shared taxi Chiang Mai zoo – ‘Tha Phae’ stadspoort, 20 THB pp.
CHIANG RAI is de provinciehoofdstad van de meest noordelijke provincie van Thailand, wordt begrensd door een bergketen en de landen Myanmar (noorden) en Laos (oosten). De stad heeft 61.000 inwoners en is gelegen aan de Mae Nam Kok rivier.
We gebruiken Chiang Rai enkel als tussenstop om verder naar het noorden te reizen. Het is een drukke toeristische stad, met een enorm aanbod aan excursies naar traditionele bergdorpen met verschillende etnische bevolkingsgroepen. Het voelt allemaal nogal toeristische aan, we verkiezen dergelijke tochten te ondernemen vanuit kleinere en minder toeristische plaatsen.
’s Avonds wandelen we voorbij de kleurrijke avondmarkt met zijn vele voedingskraampjes.
Ernaartoe :
pick-up gedeelde taxi hotel – busterminal, 30 THB pp.
bus Chiang Mai – Chiang Rai, 132 THB pp., 3 ¼ uren onderweg
pick-up gedeelde taxi Chiang Rai nieuwe busterminal – oude busterminal, 10 THB pp. (bij aankomst merkten we onmiddellijk dat we ons niet bevonden in de busterminal uit onze reisgids (LP), die zich midden in het centrum bevindt, maar wel in een gans nieuwe busterminal buiten het centrum, er rijdt locaal vervoer tussen beide
Hotel :
Jansom House, 450 THB per nacht voor een propere 2 persoonskamer met sanitair (niet zo heel warm water), airco, TV, koelkast, inclusief sober ontbijt, 2 flessen drinkwater, onpersoonlijk zakenhotel, 897/2 Jedyod Road Wiang Muang, tel. 053 714 552, www.jansomhouse.com, op wandelafstand van de oude busterminal
THA TON is een klein dorpje met enkele hotelletjes en restaurantjes, gelegen rondom de pier waar de boot van Chiang Rai aanlegt. Het leven hier is vooral gericht naar het beperkte toerisme.
We verkennen het kleine rustige plaatsje aan de Mae Nam Kok rivier en nemen de weg die de heuvel opklimt. Langs deze weg liggen 9 verschillende niveaus met Boeddhistische bezienswaardigheden, waaronder Boeddhabeelden, tempels, stoepa’s, een meditatiecentrum, monnikenverblijven, … 160 meter hoger en 30 minuten later komen we aan een prachtig gekleurde zeer recente tempel ‘Wat Tha Ton’. Hier zijn meerdere bezoekers, vooral Thai. In de tempel lopen we naar boven, om op 2 terrassen rondom van het uitzicht op de omgeving te genieten. We hebben hier uitzicht op de bergen van Myanmar, het dorp en de rivier. Spijtig genoeg is het een mistige dag.
Ernaartoe :
tuk-tuk Chiang Rai hotel – CR pier, 50 THB
long tail boot Chiang Rai – Tha Ton, 350 THB pp., 3 ½ uren onderweg, vertrek om 10.30 u, mooie boottocht met stop van 10 min. in het super toeristische Ban Ruamnit (een Karen dorp), waar toeristen op olifanten een ritje kunnen maken, met souvenirs winkeltjes, …
Hotel :
Thaton Garden River Side, 400 THB per nacht voor een eenvoudige 2 persoonskamer met sanitair (warm water), TV, ventilator, ontbijt inclusief, toeristische info, restaurant aanwezig, 17 Moo 14 Thaton, Mae-Ai, tel. 053 459 286
MAE SALONG is gelegen op een bergkam, op 1.110 meter hoogte, in het uiterste noorden van Thailand en telt 25.400 inwoners. Vele Chinezen zijn in het verleden over de grens gevlucht om zich hier te komen vestigen. Je voelt je hier in China, zonder de grens over te steken …
Bij aankomst tracht Marc een mooie hotelkamer te vinden, terwijl ik wacht bij de bagage. Een vriendelijke Chinese hotel-restaurantuitbater biedt me een stoel en thee aan. Marc blijft zeer lang weg en komt uiteindelijk terug met de boodschap dat er geen kamers vrij zijn, behalve in de zaak waar ik mijn thee aan het drinken ben. Uiteindelijk nemen we hier een bungalow met wat minder comfort dan we gewoon zijn. Achteraf bekeken valt dit nog zeer goed mee.
We krijgen een zelfgetekende wandelkaart van de omgeving en wat advies van onze hotelbaas en gaan hiermee onmiddellijk op stap. We klimmen de 712 traptreden naar de tempel ‘Phra Borom That Chedi’ ook de tempel van de prinses moeder genoemd. Van bovenop de heuvel hebben we een prachtig uitzicht op de mooie bergomgeving met de vele kleine dorpjes van verschillende etnische groepen. Om terug te keren volgen we de asfaltweg die een grote bocht maakt rondom het dorp. We vangen de zeer lange steile klim aan … tot er een auto met toeristen uit Bangkok stopt om ons een lift aan te bieden, die we dankbaar aanvaarden.
We kijken rond op de zeer kleurrijke theemarkt in het dorp. Oudere vrouwen zitten in klederdracht aan hun kraampjes om de toeristen te lokken. Hier worden allerlei gedroogde vruchten verkocht, aan een kraampje mogen we proeven van ondefinieerbare gedroogde fruitsoorten. Marc koopt een zakje kiwi’s.
Om de omgeving verder te verkennen maken we een dagwandeling naar een aantal verschillende etnische dorpen. Met de kaart van ons hotel kunnen we de rode aarden weg gemakkelijk vinden.
Onderweg wandelen we door Ahka, Lahu en Chinese dorpen. Enkel in het Ahka dorp zien we de oudere dames nog in hun klederdracht aan hun huisjes bezig. Hier komen niet zo veel toeristen (je geraakt er immers niet met de auto …), de mensen wuiven en lachen naar ons. Kinderen komen ons bekijken, maar durven toch niet al te dichtbij komen. Ze spelen met zeer primitief speelgoed, zoals een oude fietsband die met een stokje wordt verder gerold, auto’s gemaakt van petflessen met houten wieltjes, …
We passeren langs bananen- , koffie- en theeplantages. Voor de veldjes met diverse groenten worden vaak terrasjes gebruikt. Koffiebonen, theeblaadjes en rode pepertjes liggen overal te drogen rondom de kleine houten en bamboe huisjes.
We genieten volop van de vele mooie vergezichten rondom.
Ernaartoe :
locaal vervoer (gele pickup) Tha Ton busterminal – Mae Salong, 60 THB pp., 1 ½ onderweg, vertrek om 10.30 u
Hotel :
Shinsane guesthouse & bungalow, 300 THB voor een bungalow, ruime kamer met sanitair (warm water), TV, ventilator, zitplaats voor de bungalow, gratis gebruik wasmachine na 14.00 u (zelf voor zeep zorgen), gratis wifi, redelijk proper maar niet goed onderhouden, restaurant aanwezig (waarschijnlijk het beste uit de buurt), 119/1 Moo 1 Maesalong Maefahiaung, tel 053 765 026, www.maesalong-shinsane.blogspot.com
Tip :
om zeker te zijn van een hotelkamer in dit dorp, best reserveren op voorhand, alle kamers zijn dagelijks volzet (voor vele Thai is dit koele bergdorp een favoriete vakantiebestemming, zij reserveren hun kamer op voorhand), Shinsane kon ons nog een kamer bieden omdat we rond de middag aankwamen en zij geen reservaties aanvaarden
MAE SAI is het meest noordelijk gelegen stadje van Thailand, telt 21.850 inwoners. Het stadje ligt aan de grens met Myanmar, in het gebied van de ‘gouden driehoek’.
Wij gebruiken Mae Sai enkel als tussenstop om de grens over te steken naar Myanmar. Enkel wanneer we hier overnachten, zijn we zeker dat we morgen tijdig doorheen de grensformaliteiten zullen geraken om met het openbaar vervoer onze weg naar Kentung verder te kunnen zetten.
Alternatieven zijn een taxi of gedeelde taxi (op voorwaarde dat er andere kandidaten te vinden zijn). Dit is en blijft een dure aangelegenheid die we willen vermijden. We hopen de bus van 9.00 u te kunnen halen om in de vroege namiddag in Kentung te arriveren. Ter plaatse willen we nog een gids regelen die ons de komende dagen zal begeleiden tijdens onze trektochten om de verschillende etnische stammen rondom Kentung te bezoeken.
We komen kort na de middag aan te Mae Sai, wat een zeer druk grensstadje blijkt te zijn. Vele westerlingen komen hiernaartoe om even de grens over te steken en zo hun visum te vernieuwen.
Spijtig genoeg krijgt men sinds een tijdje aan de grensposten over land slechts een visum van 15 dagen, terwijl dat 30 dagen zijn bij aankomst via een luchthaven zonder visum.
Het stadje geeft ons de indruk één grote markt te zijn. In de hoofdstraat is 1 rijrichting afgesloten, die volstaat met kraampjes. Het is een zeer kleurrijke bedoening, men vindt er de gekste dingen eerst.
Honger dient men zeker niet te lijden, bereide kippenpoten, gebakken insecten (van alle soorten en grootte), … maar ook allerhande gedroogde en opgelegde vruchten, zaden en noten, gepofte kastanjes, thee, fruit, groenten, bereide gerechtjes, … verder ook kledij, juwelen, souvenirs, handwerken, … Wat een chaos, men kan hier ‘op de koppen lopen’. Verder valt hier echter niet veel te beleven.
Ernaartoe :
locaal vervoer (pick-up) Mae Salong – Mae Chan, 60 THB pp., het blijkt een zeer drukke bestemming te zijn, 1 uur 40 min. onderweg, op een bepaald moment zitten en hangen we met 22 passagiers in/aan de pick-up
bus Mae Chan – Mae Sai, 25 THB pp., deze zou om de 15 minuten rijden, maar wij moeten wat langer wachten, 30 min. onderweg
locaal vervoer (pick-up) Mae Sai busterminal – grens, 15 THB pp.
Hotel :
Yeesun guesthouse, 500 THB per nacht voor een ruime luxe 2 persoonskamer, wel wat verouderd, TV, airco, koelkast, sanitair (warm water), 2 flessen drinkwater per dag, vriendelijk en behulpzaam onthaal, op wandelafstand van de grensovergang, net buiten de drukte en het lawaai van de markt, 816/13 Moo 1 Tumbol Wiangpangkham, tel. 053-733 455, www.yeesunguesthouse.com
GRENSOVERGANG THAILAND - MYANMAR
In het noorden van Thailand stappen we via de weg de grens over om enkele dagen te gaan rondtrekken in de buurt van Kentung.
Zeer recente informatie van andere reizigers die naar deze streek trokken en ons reishandboek bevestigen dat we vanuit Mae Sai (Thailand) de landsgrens over kunnen als westerling.
We mogen ons dan slechts beperkt verplaatsen in de regio van de ‘gouden driehoek’, met een speciale permit. Bovendien moeten we vanuit deze regio via dezelfde weg terugkeren als deze waarlangs we gekomen zijn.
We zorgen ervoor kort na de opening bij het grenskantoortje te zijn, zodat we alle tijd hebben om door te reizen naar onze bestemming, Kentung.
We moeten wel een aantal formaliteiten afhandelen aan de grens als volgt :
- Thaise migratiedienst : hier moeten we ons paspoort laten afstempelen om het land te mogen verlaten (verloopt supervlot).
- Via de brug over de grensrivier wandelen we Myanmar binnen, tot aan het grenskantoortje.
- Toeristische dienst Myanmar : om naar Kentung te reizen, moeten we eerst langsgaan in het kantoortje van de ‘toeristische dienst’ (dat bevindt zich enkele meters voorbij het kantoor van de migratiedienst van Myanmar). Wanneer je bezoek aan Myanmar zich beperkt tot het grensstadje Tachileik, kan je dit onmiddellijk regelen bij de migratiedienst.
? Hier worden we gevraagd even te gaan zitten, zodat we kunnen geïnformeerd worden over alle formaliteiten die we moeten afhandelen voor het land in te kunnen, en dan volgt het !
? Nieuwe regeling sinds 6 november 2009 : je mag niet meer verder reizen zonder gids. Deze kan geregeld worden door de toeristische dienst. Dit kost je 25 USD per dag (1 gids per groep volstaat) + de vervoerskosten voor de gids. Deze gidsen zullen je op al je excursies begeleiden ter plaatse, dus je hoeft geen locale gids meer in te huren.
? De optie om zelf een gids uit Kentung te regelen, is voor ons niet haalbaar. Eerst moeten we van hieruit ‘telefonisch’ (duur !) een gids vinden in Kentung, we weten dan evenmin of deze goed zal zijn. Hij moet bovendien onmiddellijk vrij zijn en zich nog verplaatsen naar de grens om ons op te halen. Dat zou betekenen dat we hier minstens één dag vastzitten. Zonder gids kan je niet reizen, er zijn onderweg 3 controleposten.
? Op onze vraag of we ter plaatse nog van gids kunnen wisselen, luidt het verdikt ‘neen’, maar je kan altijd een extra gids erbij nemen. Dus 2 gidsen betalen !
? We twijfelen sterk of dit alles wel correct is, misschien wil men hier wat extra verdienen ???
Maar 1 ding is zeker, als we de toelating willen bekomen om naar Kentung te reizen, zullen we deze gids moeten aanvaarden. De toeristische dienst moet immers onze papieren regelen.
Uiteindelijk beslissen we toch maar de gids te aanvaarden, met een zeer slecht gevoel. We kunnen immers deze gids niet zelf kiezen, noch spreken op voorhand, hij moet nog worden opgeroepen en zich hiernaartoe begeven.
?De dame van de toeristische dienst belooft ons een goede gids, die goed Engels praat en in Kentung woont, dus de streek kent. We moeten dit maar vertrouwen. Ze start haar zoektocht, er is enkel een geschikte gids voor ons beschikbaar tot donderdag, dat betekent 1 dag minder lang dan we gepland hadden. We gaan dan maar akkoord, beter dan niets.
?De dame maakt de documenten voor onze permit om naar Kentung te mogen reizen op. In de permit wordt melding gemaakt van de reisperiode en ook welke andere dorpen je in de nabijheid van Kentung nog wil bezoeken. We kunnen hiervan nadien niet afwijken, moeten ons houden aan de vooropgestelde bepalingen. Onze paspoorten + fotokopie + 3 recente pasfoto’s worden hieraan toegevoegd om de permit te kunnen laten officialiseren bij de migratiedienst. Hiervoor moeten we elk 10 USD betalen (ongeschonden biljet) (of 500 THB) + 50 THB voor administratiekosten.
? In het kantoortje van de migratiedienst worden alle gegevens via de computer verwerkt en de officiële permit wordt geprint. Er wordt nog een extra foto van ons gemaakt die ook op de permit verschijnt.
? Terug in het kantoortje van de ‘toeristische dienst’, wordt de permit afgewerkt. Eén luik ervan wordt aan ons paspoort bevestigd, dat we hier moeten achterlaten tot we terugkeren. Op deze manier is er een controle dat iedere toerist het land terug verlaat.
? Voor we vertrekken, moeten we nog betalen voor de gids : 25 USD per dag, dat betekent voor ons 5 dagen, waarvan we hem er maar 3 zullen nodig hebben als gids. We zouden 6 dagen wegblijven, maar de gids kan zich niet zolang vrijmaken.
? Onze bustickets worden geregeld, 350 THB pp. + het ticket voor de gids, 5.000 MMK (locale mensen betalen ongeveer de helft). Volgens de dame vertrekt onze bus om 8.30 u.
De gids komt pas opdagen na een 2de telefoontje, het is ondertussen al 8.30 u en we moeten ons nog verplaatsen naar de busterminal van Tachileik. Daarvoor zoekt de gids een taxi, wat niet evident blijkt, weer verliezen we tijd, 150 THB (veel te veel volgens de beperkte afstand tussen beiden).
We zijn bang dat onze bus reeds vertrokken zal zijn en stellen de vraag. Hier blijkt dat de gids amper Engels spreekt en begrijpt. Hij wijst op zijn uurwerk 8.30 u. Engelssprekend ???
Gelukkig staat de bus nog aan de busterminal, met de bedoeling pas om 9.00 u te vertrekken, zoals in ons reishandboek (LP) is vermeld.
Onderweg zegt de gids geen woord. Bij controleposten of pauzes geeft hij geen toelichting (eigenlijk hebben we dat niet nodig, we zijn gewend alleen te reizen en een en ander zelf uit te zoeken, maar wanneer je dan een gids MOET nemen, verwacht je er toch wel iets van). Eén keer komt hij naar ons toe en wijst waar de toiletten zich bevinden, hij geeft ons een kaartje van ‘Harry’s Trekking House en zegt dat zijn vader daar werkt. Geen verdere uitleg, geen antwoorden op onze vraag of hij daar dan ook voor werkt.
Bij aankomst in Kentung wil onze gids ons naar Harry’s trekking House brengen, wat buiten het centrum is gelegen. We zullen ons hotel wel zelf uitkiezen, wensen in het centrum te verblijven. Hij vraagt de naam van het hotel waar we naartoe willen en roept een motortaxi, 1.500 MMK. Op onze vraag of we niet te voet kunnen gaan, komt geen reactie. Weer voelen we ons hierbij niet goed, we vinden de prijs hoog en kunnen zelf hierover niet discussiëren. Dit zeker indien blijkt dat ons hotel vlakbij is, dus we hadden best te voet kunnen gaan.
Voor hij vertrekt, vragen we wat de planning voor morgen is. We hebben hier met hem nog niet over gepraat en willen wel doen waarvoor we zijn gekomen.
Wij hebben ondertussen al afgesproken (zonder medeweten van de gids) dat we eventueel de kost van een extra gids er maar zullen bij nemen, zodat ons bezoek aan Kentung niet helemaal voor niets is.
Hij gebaart dat we moeten wachten en belt een collega die iets beter Engels praat. Deze heeft foto’s bij zich met de dingen erop die we van hieruit kunnen bezoeken. We vragen wie ons gaat begeleiden op onze tochten, de officieel toegewezen gids blijkt niet van plan zijn job af te geven. Alles wordt besproken via de 2de jongen.
Dat wordt rampzalig. Daarom leg ik ons probleem uit aan hem (wanneer er zich onderweg iets zou voordoen, kunnen we het zelfs niet met de gids bespreken, bovendien zal hij ons meenemen naar waar hij wil en er geen woord over zeggen) en vraag hem een oplossing hiervoor.
De jongen panikeert, gaat naar de hotelreceptie en legt het probleem voor. Onmiddellijk komt de hoteluitbater, die zich kwaad maakt en ons belooft voor een goeie gids te zorgen. Wij moeten deze niet betalen, de ‘officiële’ gids moet zijn vergoeding doorgeven voor de 3 trekkingsdagen. Hij kan dan nog altijd mee terug met ons, dat zal wel geen probleem zijn (dit kan ook niet anders, want aan de grens moet hij persoonlijk onze papieren terug omwisselen voor onze paspoorten, wat een controle gedoe !).
Na nog wat discussie, nog eens een poging van de officiële gids om zijn vriendjes Engelstalige gidsen van Harry’s Trekking House op ons af te sturen (ze vertellen de hoteluitbater dat wij hier nadrukkelijk mee akkoord gaan, tegen ons zeggen ze dat dit de nieuwe door het hotel aangeduide gids is – hij spreekt wel Engels, maar de uitleg wordt weerom door een 3de persoon gegeven, hierbij stellen we ons weer de nodige vragen)… ontmoeten we ’s avonds toch uiteindelijk onze gids Francis, waar we erg tevreden mee zijn. Hij spreekt goed Engels en stelt ons zelfs extraatjes voor tijdens trektochten (zie Kentung). We zijn onze hoteluitbater hiervoor zeer dankbaar, dankzij hem hebben we toch kunnen genieten van 3 mooie en boeiende dagen.
In onze hotel krijgen we de bevestiging dat de wetgeving inderdaad veranderd is. Je kan beter een eigen gids op voorhand reserveren, deze moet je dan aan de grens komen ophalen en ook terugbrengen. Ook voor deze persoon moet je op voorhand aan de ‘toeristische dienst’ 25 USD per dag betalen. Zij houden taksen in (10 USD per dag) en betalen de gids.
Het enige alternatief om deze regio te bereiken, is te vliegen naar Kentung vanuit centraal Myanmar, wat iets duurder is. Via deze weg moet je geen gids nemen en ben je vrij alleen naar de stad te verplaatsen. Je spaart dus de 25 USD per dag uit voor de dagen van verplaatsing en wanneer je eens in de stad zou blijven. Voor excursies buiten de stad moet je je laten begeleiden door een gids, die je in dit geval zelf uitkiest, maar dat was ook vroeger reeds het geval.
Tussen deel 2 en deel 3 van onze bezoeken aan Thailand, verkennen we de regio Kentung in Myanmar (zie reisverslag Myanmar).
GRENSOVERGANG MYANMAR - THAILAND
Het terugkeren naar Thailand vanuit de regio Kentung in Myanmar, verloopt eerder eenvoudig.
De begeleidende gids geeft je permit af bij het migratiekantoor van Myanmar en krijgt daarvoor in de plaats je afgestempeld paspoort terug.
Daarmee begeef je je naar de Thaise grenskantoor aan de overkant van de Mae Sai grensrivier.
Aan het Thaise migratiekantoor vul je de gebruikelijke inreis documenten in. Deze worden gecontroleerd en je krijgt een visumstempel voor 15 dagen Thailand.
Dit is eerder beperkt, maar geldt sinds een tijdje voor het in Thailand aankomen via alle grensposten over land. Daarmee dient best rekening mee te worden gehouden bij het plannen van een rondreis. Mogelijks kan dit worden omzeild door op voorhand een overzees visum aan te vragen (let wel : je hebt dan een visum nodig voor minstens 2 aankomsten in Thailand !).
Ernaartoe :
bus Kentung – Tachileik : 10.000 MMK pp + 5.000 MMK voor de gids, 4 ½ uren onderweg, mooie rit door de bergen over goeie asfaltweg
motortaxi Tachileik – grens : 80 THB
Na een verblijf van enkele dagen in Kentung, Myanmar, komen we terug aan te MAE SAI. Het is al vrij laat om nog verder door te reizen, dus beslissen we hier te overnachten. We kiezen voor hetzelfde hotel als vorige keer.
Ernaartoe :
bus Kentung – Tachileik (Myanmar) : 10.000 MMK pp + 5.000 MMK voor de gids, 4 ½ uren onderweg, mooie rit door de bergen over goeie asfaltweg
motortaxi Tachileik – grens : 80 THB
Hotel :
Yeesun guesthouse, 500 THB per nacht voor een ruime luxe 2 persoonskamer, wel wat verouderd, TV, airco, koelkast, sanitair (warm water), 2 flessen drinkwater per dag, vriendelijk en behulpzaam onthaal, op wandelafstand van de grensovergang, net buiten de drukte en het lawaai van de markt, 816/13 Moo 1 Tumbol Wiangpangkham, tel. 053-733 455, www.yeesunguesthouse.com
Op weg van Myanmar naar Laos, doorheen het noorden van Thailand, komen we via een ommetje terug langs in CHIANG RAI.
We zijn niet van plan nog een tussenstop te maken in Thailand, we willen onmiddellijk van Mae Sai aan de grens met Myanmar doorreizen naar Laos, wat gezien de geringe afstand best mogelijk is. Het openbaar vervoer werkt echter in ons nadeel : de pick-ups voor locaal vervoer van Chiang Saen naar Chiang Khong (100 THB pp.) rijden slechts tot 12.00 u ’s middags en we zijn net iets later daar (vertrokken ’s ochtends vrij laat). Individueel vervoer kan nog wel, maar is tamelijk duur voor 59 km (afdingen op deze prijs van 1.200 THB tot 500 THB blijkt vrij gemakkelijk).
De hotels in Chiang Saen zijn niet zo aantrekkelijk prijs/kwaliteit.
We hebben echter alle tijd en beslissen een ommetje via Chiang Rai te maken, vanwaar we dan rechtstreeks een bus kunnen nemen naar Chiang Khong. Zou eigenlijk vandaag nog kunnen.
Maar nu we hier toch zijn, kunnen we beter een dag langer in Thailand blijven, we hebben nog minstens een ganse dag werk aan onze travelblog en onze was dient dringend gedaan te worden.
Wanneer we dat hier doen, moeten we er geen van onze 30 dagen verblijfsvisum die we in Laos krijgen aan spenderen (indien nodig kan dit visum verlengd worden in Vientiane, mits betaling van 2 USD pp. per dag, maar daar zal vast weerom wat administratieve rompslomp aan verbonden zijn).
Ernaartoe :
locaal vervoer met pick-up Mae Sai grensovergang – busterminal, 15 THB pp.
bus Mae Sai – Mae Chan, 25 THB pp., 40 minuten onderweg (bus naar Chiang Rai)
bus Mae Chan – Chiang Saen, 28 THB pp., 35 minuten onderweg
bus Chiang Saen – Chiang Rai, 37 THB pp., 1 ½ uren onderweg
Hotel :
Jansom House, 450 THB per nacht voor een propere 2 persoonskamer met sanitair (niet zo heel warm water), airco, TV, koelkast, inclusief sober ontbijt, 2 flessen drinkwater, onpersoonlijk zakenhotel, 897/2 Jedyod Road Wiang Muang, tel. 053 714 552, www.jansomhouse.com, op wandelafstand van de oude busterminal (we hebben ditmaal een kamer op de 1ste verdieping, die iets minder fris ruikt, de kamers op de bovenste verdieping zijn beter)
Tip :
Wanneer je van Mae Sai naar Laos wil en niet zeker bent nog voor de middag in Chiang Saen aan te komen, maak je best ineens de omweg via Chiang Rai, wat je vooral meer tijd zal kosten. Ook via deze weg moet het mogelijk zijn om nog dezelfde dag de grens met Laos over te gaan (grenskantoor sluit om 17.00 u).
CHIANG KHONG is een typisch grensstadje met 12.300 inwoners aan de Mekong rivier, op de grens van Thailand met Laos.
Veel is hier niet te beleven, we verblijven hier 1 nacht om morgen de grensrivier over te steken naar Laos, waar we onmiddellijk zullen verder reizen. We hadden reeds de grens kunnen oversteken en logeren in het stadje aan de andere kant van de grens, Huay Xai. Maar dan zouden we vandaag reeds 1 dag van ons 30-daags visum in Laos onnodig opgebruiken.
Ernaartoe :
bus Chiang Rai – Chiang Khong, 65 THB pp., 2 ¼ uren onderweg, af en toe ligt de weg er nogal slecht bij, maar daar wordt aan gewerkt
Hotel :
Chiangkhong River View Hotel, 500 THB per nacht voor een mooie propere 2 persoonskamer, met sanitair (warm water), TV, airco, ventilator, 2 flesjes drinkwater, zeer licht en luchtig met aan 3 zijden ramen, vóór de kamer is een groot terras, waarop we onze eigen zithoek hebben met zicht op de Mekong rivier, onpersoonlijk onthaal, tel. 053-791 375, www.chiangkhong.com/riverviewhotel.htm, www.ck-riverview.blogspot.com, brbn2pk@yahoo.com
GRENSOVERGANG THAILAND – LAOS
In noord Thailand steken we de grens over naar Laos via Chiang Khong. Daar begeven we ons naar het Thaise grenskantoor, waar we ons paspoort laten controleren en afstempelen om Thailand te verlaten. Bij aankomst te Thailand vulden we een in reisdocument in, waarvan het 2de luik in ons paspoort werd geniet. Dit wordt er nu uitgehaald en door de ambtenaar bewaard.
Met een longtailboot varen we de Mekong rivier over, naar Laos. We komen aan te Huay Xai waar we weerom een in reisdocument moeten invullen.
Bij aankomst te Laos heb je een visum nodig. Dit kan je op voorhand reeds aanvragen, of ter plaatse kopen (35 USD voor de meeste West-Europese landen).
Wij hebben ons visum reeds in Bangkok aangevraagd. We lieten een reiskantoortje de administratie hier rond voor ons afhandelen, zodat we er zelf geen geloop om hadden. Hiervoor hadden ze onze paspoorten en 1 pasfoto nodig. Het kostte ons 1.850 THB per persoon. Binnen de 48 uren kregen we onze paspoorten, met visum, terug.
De lange rij aan het visumloket mogen we gelukkig voorbijsteken, om ons ineens naar het kantoor voor paspoortcontrole te begeven. Ook hier wordt aangeschoven, maar dat valt mee omdat het tamelijk vlug vooruitgaat. Zonder problemen krijgen we onze in reis stempel voor een verblijfsduur van 30 dagen. Het tweede luik van het door ons ingevulde in reis documentje krijgen we terug, waarschijnlijk moeten we dit weer afgeven bij het verlaten van het land.
Ernaartoe :
tuk-tuk hotel Chiang Khong – grenskantoor Thailand, 25 THB pp.
longtailboot over de Mekong, 40 THB pp.
Veel reisplezier, www.tangatanga.com/herlindemarc