Landenweb.nl

SRI LANKA
Planten en Dieren

To read about SRI LANKA in English - click here

Sri Lanka verre reizen van ANWB

Steden SRI LANKA

Colombo

Planten en Dieren

Planten

De Sri Lankaanse vegetatie komt sterk overeen met de rest van tropisch Azië, aangevuld met veel endemische soorten. Door de klimaatverschillen varieert ook de begroeiing in verschillende delen van Sri Lanka. Het grootste deel van Sri Lanka is echter in cultuur gebracht met palmgaarden, rijstvelden en theeplantages.

In de bergen groeien veel ook ons bekende soorten: madeliefjes, rozen, chrysanten, anjelieren, rododendrons, lotusbloemen en gladiolen. Prachtig zijn de hibiscussen en de bougainvillea’s.

Bijzondere van kleur zijn frangipani, murates, jacaranda, paltophorus, koraalboom en kanonskogelboom.

Zeer fraai is de amherstia, genoemd naar Lady Amherst, de vrouw van een Engelse gouverneur van Birma. Een bijzondere struik is de ‘nillu’, die elke vijf tot tien jaar bloeit. Zeldzaam is de blauwgele Cynoglossum furcatum, die bloeit tussen februari en september.

De nationale bomen van Sri Lanka zijn de heilige vijg en het Ceylon ijzerhout. Een veel voorkomende boom is de Cassia fistula met zijn opvallende kleine, gele bloemetjes. Indrukwekkend is de grillige baobab of apenbroodboom, die 30 meter hoog kan worden. Andere soorten zijn de regenboom of ‘guango’, de banyanboom, mahonieboom, kapokboom, bananenboom en rubberboom. Sri lanka staat ook bekend om zijn vele palmsoorten: betelpalm, koolpalm, koningspalm, palmyrapalm, taliputpalm, kokospalm en kitulpalm. De taliputpalm is de hoogste inheemse boom; hij bloeit na ongeveer 35 jaar, heeft dan twee jaar tijd nodig om de grote en harde vruchten te vormen en sterft niet lang daarna af.

De kokospalm heeft zeer veel toepassingsmogelijkheden: de stam en de bladeren worden gebruikt als bouwmateriaal voor huizen, de kokosmelk kan gedronken worden en de harde dop van de kokosnoot wordt gebruikt als brandstof. De vezels van de bolster worden verwerkt tot touw, matten, borstels en kleding. De bladstengels worden gebruikt voor het vervaardigen van schuttingen, manden en bezems.

Doornbossen zijn typerend voor de gebieden met minder dan 635 mm regen. Een groot deel van de droge zone heeft wat graslandgebieden, talawa’s geheten. Het ook hier sterk bedreigde tropisch regenwoud is typerend voor de natte zone. Palmen, pandanen en mangroven komen voor langs de kust; op veel plaatsen in het noordwesten groeit de nuceanda, een prachtige groene struik met witte bloemen.

De nationale bloem van Sri Lanka is de blauwe lotus.

advertentie

Dieren

De dierenwereld van Sri Lanka lijkt erg op die van India, hoewel er ook opvallende verschillen zijn. Zo ontbreken typisch Zuidoost-Aziatische zoogdieren als tijger, gestreepte hyena, wolf, neushoorn en (wilde) runderen. Panter of luipaard en lippenbeer zijn de grootste roofdieren, drie kleinere kattensoorten zijn de viskat, de junglekat en de luipaardkat.

De Ceylon-olifant, naast de leeuw het nationale dier van Sri Lanka, is een aparte ondersoort (geschat op nog 2500-3000 stuks) van de Indische olifant, die opvalt omdat vaak de slagtanden bij de bullen ontbreken. Verder komen nog voor de jakhals, de waterbuffel, het paardhert of sambar, het damhert en het axishert. Sri Lanka telt ook nog twee kleinere hertensoorten, de kantjil en de muntjak.

Er leven vier verschillende soorten mangoesten op Sri Lanka, waaronder de zeldzame streepnekmangoest. Op het noordelijke eiland Delft leven wilde paarden, nakomelingen van een kudde die ooit door de Portugezen aan land waren gebracht.

De twee meest voorkomende apensoorten zijn de gewone hoelman en de Ceylon-kroonaap, zeldzaam is de witbaardlangoer.

Bijzondere zoogdieren zijn twee ondersoorten van de reuzeneekhoorn, de vliegende hond en de vliegende eekhoorn. Een dier dat regelmatig zijn lange neus in een termietennest steekt, is de geschubde miereneter.

Sri Lanka telt ca. 400 soorten vogels (150 trekvogels), waaronder 21 endemische. In de steden en tuinen kan men kraaien, baardvogels, buulbuuls, parkieten, mynahs, dayallijsters en spotlijstertimalia’s tegenkomen. De nationale vogel van Sri Lanka is het Ceylonhoen.

Bewoners van de ‘wetlands’ langs de kust en in het binnenland zijn aalscholvers, slangenhalsvogels, plevieren, ijsvogels, lepelaars, waterfazanten, de Indische kiviet en de Indische nimmerzat.

In de bossen leven onder andere blauwe kitta’s, bonte grondlijsters, Malabar-trogons, Ceylon-iora’s, drongo’s, baardvogels, neushoornvogels en minivets.

Sri Lanka kent ook een grote verscheidenheid aan roofvogels, met name havikachtigen en arenden: witbuikzeearend, witstaartvisarend, zwarte arend, ruigpootkuifarend, brahmaanse wouw en slangenarend.

Op Sri Lanka komen een aantal grote reptielen voor, waarvan de zeekrokodil met acht meter de grootste is. Verder nog de rotspython en de Bengaalse varaan. In het dichte oerwoud van Udawattekele leeft de bizarre lierkopagame, een grote kleurige hagedis die alleen op Sri Lanka voorkomt. In het bergachtige deel van Sri Lanka leeft de zeldzame neushoornhagedis, waarvan de naaste verwanten in Afrika voorkomen.

Van de zeven bekende soorten reuzenschildpadden maken vijf soorten nesten op de stranden van de zuidwestkust.

Het kristalheldere water rond riffen is rijk aan haaien, roggen, tonijnen en zeebaarzen, maar ook kleinere soorten als knorvissen, klipvissen, Indische diklippen en vleten.

Slangen zijn er in overvloed te vinden op Sri Lanka. Van de ca. tachtig soorten zijn er echter maar vier giftig, waaronder de cobra, de Ceylon-krait en de Russell-adder. Sri Lanka is een amfibisch paradijs, met bijvoorbeeld meer dan 250 soorten kikkers, ca. 10% van alle kikkersoorten in de wereld.

De natuurbescherming is tamelijk goed georganiseerd; de regering heeft verschillende, over het gehele land verspreide natuurgebieden tot beschermd gebied verklaard door ze de status van nationaal park of reservaat te geven. Het grootste en meest bekende nationale park is Ruhuna, beter bekend als Yala. Dit park ligt in de droge zone en hier zijn de meeste grote zoogdieren van Sri Lanka te zien, waaronder de olifant. Andere belangrijke nationale parken zijn Gal Oya en Wilpattu. Het Nationale Park Mihintale is in feite het oudste wildreservaat ter wereld, want al in de derde eeuw v.Chr. werd door koning Devanampiya Tissa, na zijn overgang tot het boeddhisme, bevolen dat er in dit gebied geen dieren gedood mochten worden.

Het in het zuiden gelegen Sinharaja Rainforest Reserve vormt het leefgebied van de grootste concentratie van dieren die alleen in Sri Lanka voorkomen, de zogeheten endemische soorten.

advertentie

SRI LANKA LINKS

Advertenties
• Sri lanka verre reizen van ANWB
• Sri Lanka Tui Reizen
• Hotels Trivago
• Djoser Rondreizen Sri Lanka
• Bouw je eigen Sri Lanka Rondreis
• Autoverhuur Sunny Cars Sri Lanka
• Rondreizen Sri Lanka
• Mambo jongerenreizen Sri Lanka
• Hotels Sri Lanka
• Sri Lanka rondreizen met kinderen
• Avontuurlijke & duurzame rondreizen voor reizigers tussen de 18 en 37 jaar
• Reisgidsen en kaarten Sri Lanka

Nuttige links

Dieren in Sri Lanka (N)
Reisfoto's Sri Lanka
Reisinformatie Sri Lanka (N)
Reisverhaal van Sri Lanka, safari, vele foto's en informatie (N)
Reizendoejezo – Sri Lanka (N)
Rondreis Sri Lanka (N)
Sri Lanka Foto-en Reisverslag (N)

Bronnen

Bradnock, R.W. / Sri Lanka handbook : the travel guide

Footprint Handbooks

Geetha Kumari, W.M. / Reishandboek Sri Lanka

Elmar,

Laet, R. de / Sri Lanka en de Malediven

Kosmos-Z&K

Plunkett, R. / Sri Lanka

Lonely Planet

Rokebrand, R. / Sri Lanka

Gottmer/Becht

Schiller, B. / Sri Lanka

Van Reemst

Sprang, U. / Sri Lanka : mensen, politiek, economie, cultuur, milieu

Koninklijk Instituut voor de Tropen

Sri Lanka

Cambium

Te gast in Sri Lanka

Informatie Verre Reizen

Wanasundera, N.P. / Sri Lanka

Benchmark Books

CIA - World Factbook

BBC - Country Profiles

laatst bijgewerkt november 2024
Samensteller: Arie Verrijp / Geert Willems